Doorgaan naar hoofdcontent

Je maakt wat mee...

Goed, die mop van die twee vriendinnen die voor een lang weekend naar Spanje zouden gaan, kennen de meesten inmiddels wel.
Voor degenen die dat even gemist hebben, hier een korte samenvatting:
Ik heb sinds eind juni een zogenaamde picclijn in m'n arm. Dit is een semi-permanent slangetje van zo'n 50 cm in een ader van m'n bovenarm dat doorloopt net boven m'n hart waar de chemo door kan en ook bloed afgetapt kan worden. Echter begin november kreeg ik last van de arm waar die picclijn in zit. Ik dacht dat de lijn niet lekker zat, dus ging ik naar de dagbehandeling van het ziekenhuis (waar ik elke donderdag m'n behandeling krijg) en heb om een nieuwe pleister gevraagd in de hoop dat die lijn een beetje zou verschuiven en ik van de pijn af zou zijn (ik kon op een gegeven moment m'n arm nauwelijks strekken en en wist niet meer hoe ik hem moest houden om geen pijn te voelen). Maar blijkbaar lag het niet aan de pleister, want de volgende dag had ik nog steeds last van m'n arm. Dus op de dag van de chemo zijn er allerlei bloedmonsters genomen en op kweek gezet. Ook werd er op ontstekingswaarden gecheckt. En die bleek er ergens te zijn. Picclijn eruit en geen chemo die dag. Zo werd ik die dag met een antibioticakuur naar huis gestuurd.
De volgende dag zou ik met een vriendin naar Spanje (waar ik in mijn vorige blog al over schreef). Koffertje gepakt en hop, naar Schiphol. Holladiejee!
Ben ik halverwege Amsterdam, word ik gebeld door de oncoloog dat er een bacterie in m'n bloed zit en op die lijn zat. Die wilden ze het liefst intraveneus (middels een infuus, ja ik leer snel) behandelen en dat betekende dus opname in het ziekenhuis.
Shit!! Ik nog zeggen dat ik àl m'n antibioticapillen bij me had. Of dat niet voldoende was? Maar toen de oncoloog vertelde dat deze bacterie voor lelijke abcessen kon zorgen en zelfs op m'n hartklep kon gaan zitten, schrok ik wel een beetje. Vooral dat laatste deed mij beslissen rechtsomkeert te maken. Ik lig natuurlijk 100 x liever in een Nederlands ziekenhuis dan in een Spaans. Zeker ook omdat mijn eigen ziekenhuis m'n hele medische geschiedenis kent.  
Uiteindelijk heb ik twee weken aan een infuuspaal in het ziekenhuis rond gelopen.
In het eerste weekend ontwikkelde ik een fikse verkoudheid (die ik vast ook had gekregen als ik in het zonnige Spanje had gezeten), dus ik denk dat ik de eerste ben die met een verkoudheid in het ziekenhuis heeft gelegen. Toch heb ik daar natuurlijk niet voor de kat z'n viool gelegen! Champagne-vriend E. vertelde dat hij op bezoek was geweest bij een vriendin in het VU die door die betreffende bacterie daadwerkelijk een nieuwe hartklep had gekregen, maar ook dat ze uitval van haar nieren had gehad, dat ze 40 liter (!) vocht vast had gehouden en dat ze bijna dood was. Na een maand lang aan de antibiotica mocht ze uiteindelijk naar huis. Tsja, voor die ellende laat ik graag zo'n weekendje Spanje schieten!
En wat beleef je veel in twee weken in een ziekenhuis zeg. Zo had ik het eerste weekend een hele stoere vrouw van 72 naast me liggen die haar bovenarm op drie plaatsen gebroken had door een val van een lullig stoepje. Ze kon niet in het gips en zou pas maandag geopereerd worden. Al die tijd had ze veel pijn en bracht morfine enige verlichting. En niet klagen hè?! Toen ik op een gegeven moment langs haar liep, zag ik dat het haar even te veel was geworden. Samen hebben we maar even een potje gejankt. Ik vond het zo sneu voor haar!
Maar met haar smartphone regelde ze wel mooi alles vanuit haar bed. Bewonderenswaardig!
Toen deze dame met de ambulance opgehaald werd om in een ander ziekenhuis geopereerd te worden, kreeg ik een andere dame naast me. Deze viel duidelijk onder de categorie "zeikbejaarde". Alles werd tien keer herhaald en veel was eerder niet goed dan wel goed. Gelukkig wist ik toen nog niet dat ik twee weken moest blijven. Anders had ik ook nog acuut aan het zuursof gemoeten!
Joost, de verpleegkundige en jongere uitvoering van Leo Alkemade, bewaarde gelukkig al zijn geduld toen hij haar medische gegevens in de computer zette. Maar dat Joost geen telefoonnummer van haar zoon in de computer had staan, kon ze maar niet snappen. Ook dàt kregen wij medepatiënten heeeeeeeel goed mee....
Zo gebeurde het dat deze mevrouw pas een paar dagen later een verschoninkje kreeg via haar zoon. Daarover nadenkend, bedacht ik me dat zij zelf ook niet al te snugger was geweest om geen contactgegevens van haar zoon in haar handtas te stoppen. Uiteraard heb ik mijn moeder een vette overhoring gegeven op dit gebied. En laat zij nou familie van mij zijn! Dus mijn zus en ik hoeven ons geen zorgen te maken dat mijn moeder bij een acute ziekenhuisopname drie dagen in dezelfde onderbroek moet lopen. Pfiew!
Nu bedenk ik me dat Bas een makkie had dat ik met een koffertje vol "shit" terug geroepen werd van mijn treinreis naar Schiphol.

Twee weken heb ik dus aan dat infuus gezeten om die bacterie in m'n bloed te killen. Erg vervelend was het feit dat het spul in het infuus (flucloxacilline) ontstekinkjes in mijn aderen (vlakbij de ingang van het infuus) veroorzaakte. De naald van het infuus is dan ook zeven keer verplaatst. Toen waren de geschiktste plekjes op m'n onderarmen op en kreeg ik voor de laatste dag gelukkig nog een paar pillen mee.
Pfff.... in het ziekenhuis liggen doe je dus echt niet voor je lol! Ondanks dat ik niks te doen had, heb ik toch weer veel beleefd.
Van verwarde patiënten aan de wandel op de gang die lekker voor je kamer gaan staan en ongegeneerd naar binnen loeren, tot een vrouw die steeds haar arm weg trok als er een infuus aangebracht moest worden en wel 100 x vermanend toegesproken werd door de geduldige verpleegster. Deze mevrouw (op een andere kamer) riep 's nachts heel hard ZUSTHÈRR..., ZUSTHÈRR... Erg fijn als je wil slapen... Er heerst 's nachts trouwens een heel andere sfeer dan overdag. Alsof je op een andere planeet bent. Je krijgt er alles van mee, want je kunt niet slapen door je snurkende buren, onbekende geluiden, infusen die gaan piepen, verpleegsters die patiënten checken, het licht op de gang.
Op een gegeven moment schrok ik 's nachts wakker van een man twee kamers verderop die heel hard en indringend ANNIE! ANNIE! (geen één verpleegster heette Annie) riep en daarna nog een paar keer heel hard HELP!, HELP! Mijn hart zat in m'n keel...! Toen de toegesnelde verpleegster ook nog eens een collega riep dat diegene nù moest komen, kwam het nieuwsgierige Aagje in mij naar boven en was ik bijna in m'n negligeetje, op m'n sexy slippers en met m'n infuuspaal naar de betreffende kamer gerend en had ik gevraagd of mijn BHV- en EHBO-skills nog ergens gewenst waren. Je kan nooit weten hè?!

De kamer van de mevrouw die eerder heel hard ZUSTHÈRR..., ZUSTHÈRR... riep, bleek de volgende ochtend leeg. Op mijn vraag of mevrouw overleden was, kreeg ik van de verpleegster te horen dat ze daar niks over mocht zeggen.
Maar toen de verpleegster van de avonddienst tegen een collega zei dat de avond ervoor de hel was omdat het zo druk was, dat ze pas om half twee naar huis ging en dat er ook nog een patiënt overleden was, voelde ik even aan m'n klompjes en wist ik genoeg!
Even dacht ik dat het met Meneer ANNIE ook die kant op zou gaan, maar gelukkig viel ik in slaap en hoorde ik hem de volgende ochtend weer gewoon praten. Overigens werd de kamer van die overleden vrouw later mijn kamer. Gelukkig had ze haar geest meegenomen naar het mortuarium, want heb nooit meer ZUSTHÈRR..., ZUSTHÈRR... gehoord.

Wat ik heel leuk vond was al het bezoek dat spontaan langs kwam. Man, wat ben ik verwend met al die aandacht! Super lief! Bijna had ik Bas gevraagd een excelletje te bouwen met een bezoekschema. Het was drukker dan thuis!
Inmiddels ben ik alweer bijna een week thuis en heb ik weer heerlijk in m'n eigen bedje geslapen. Gelukkig heb ik daar geen bordje of een paar geile houten decoratieletters voor nodig om te weten waar dat is!



Die lieve Peet: kookte een lekker potje
en kwam dat samen met Rob bij Bas en mij opeten! 
De ontstekingen in m'n arm maar even gemarkeerd om te kijken hoe ze zich gingen ontwikkelen

Mocht ik vergeten waar ik ook alweer was...

Het eten was best te doen hoor!

M'n "vriend" voor 2 weken...

M'n privékamer 








   





 

Reacties

  1. Jemig, Nynk, wat een bikkel ben je toch... Jij bent echter wel mede de reden dat ik vorig jaar m'n stamcellen heb gedoneerd (als ik jou niet kan helpen, dan maar een ander) en dat ik binnenkort begin als vrijwilliger bij het Anna's Huis in Zaandam (St. Centrum voor Leven met Kanker), waar ik mogelijk patiënten en naasten een hart onder de riem kan steken. Wat heb ik een bewondering voor jouw positieve instelling (en gewoon voor jou als persoon) en het feit dat je er op een of andere manier toch humor ziet in je ziekenhuisverblijven... Niet dat het je iets helpt maar ik denk aan je.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Laatste blog?/ verzoek

Ook nu is het weer lang geleden dat ik mijn laatste blog schreef. Ik ben vooral bezig geweest met “Dum vivimus vivamus” (zie mijn vorige blog). Zo zijn Bas en ik een weekje in Zweden geweest met de auto. Kort daarna zijn we met een grote groep naar de Alpen geweest, waar veel fietsvrienden de Marmotte (wielertocht) hebben gereden en ik vooral lekker buiten heb genoten van het gezelschap en het heeeeeeerlijke weer. Ohja, ben ik en passant ook nog met een parapent de Alpe d'Huez naar beneden gekomen!  Ons laatste uitje was een weekendje op een Blokhutboot en wat heb ik daarvan genoten!  Na het weekendje Blokhutboot en de lading chemo ranja die ik kort daarvoor kreeg, is het opeens snel achteruit gegaan met me. Het vocht in mijn buik was al snel weer terug.    Dit moest ik dus laten verwijderen omdat ik er last van had. In het ziekenhuis zagen ze ook nog hoge ontstekingswaarden in m'n bloed. Daarom “mocht” ik een paar dagen blijven en weer eens aan de antibiotica. Al m

Dum vivimus vivamus

We schrijven 29 maart 2018 en dus is het alweer 5 maanden geleden dat ik met die gekke bacterie in het ziekenhuis lag en dus net zo lang geleden dat ik m'n laatste blog schreef. In de tussentijd is er natuurlijk weer het nodige gebeurd in m'n leventje. Van eerste tot laatste keren, nieuwe mensen ontmoeten, oude liefdes ontmoeten (laat ik niet overdrijven, het ging maar om 1), m'n 45e verjaardag, concerten, etentjes. Ohja, er was ook nog iets met chemo.... Laat ik daar mee beginnen. Op 4 januari stroomde er voor de (derde) laatste keer een stoot chemisch afval m'n lichaam binnen. De bedoeling was om daarna zo lang mogelijk aan de immuuntherapie te gaan. Persoonlijk had ik er niet zoveel vertrouwen in (is een tè lang verhaal waarom), maar m'n oncoloog wèl, dus dan proberen we dat hè? Voor 5 april stond een CT-scan op de rol. Maar halverwege februari voelde ik weer het eea in m'n buik. Anderhalve maand wilde ik dus niet wachten. Gelukkig kon de scan naar voren

In de malle molen van het leven

" zinin, “life is good”, #mooi, #hilarisch, “geweldige avond!”, #energie, #chill! En zo komen er dagelijks nog veel meer updates en termen langs die niets aan de verbeelding overlaten: wat is mijn leven toch leuk, inspirerend, spannend, romantisch, betekenisvol en/of sociaal." Zo begon ik mijn faceookberichtje op 18 september 2015. Om als volgt verder te gaan: " Vaak genoeg heb ik ook zulke updates geplaatst van mijn leuke leven. Want dat had ik. Echt!! En daar zit je dan: relatie net naar de knoppen, huisdier dood, klant kwijtgeraakt, proefwerk slecht gemaakt of een andere situatie die niet echt in bovengenoemde termen omschreven kan worden. Heeft de rest van de wereld dan écht zo’n leuk(er) leven? Het zit in de menselijke aard om onze mate van geluksgevoel te vergelijken met personen om ons heen. Als je collega’s het slecht doen, voel jij je met je magere plusje best goed. Als de relatie van je beste vriend(in) net over is, is jouw leven zo slecht nog niet. Socia